Ann Verhulst is leerkracht lichamelijke opvoeding in De Minnestraal in Lebbeke. Samen met haar man Frank Van Den Broeck heeft Ann 6 kinderen. Naast een job en een groot gezin zorgen ze ook nog voor pleegkinderen. Zondag 9 mei is het moederdag. Een gelegenheid om een pleegmoeder in de kijker te zetten!
Waarom werd je pleegouder?
We zijn heel dankbaar om ons geluk als gezin met zes gezonde kinderen! Kinderen kiezen niet in welk nest ze terechtkomen. Als de eigen thuis voor een bepaalde tijd wegvalt, delen we graag ons huis en vooral ook onze thuis met een kind in nood. De komst van een pleegkind heeft een impact op het hele gezin. Iedereen heeft tijd nodig om te wennen aan de nieuwe situatie. Maar dank zij de kinderen zelf verdwijnt de afwachtende houding vrij snel en wordt de aanpassing een feit. Pleegzorg is een verrijking voor iedereen: samen schrijf je een uniek en boeiend verhaal. Met mogelijkheden en beperkingen, maar ook met onvergetelijke ervaringen. De eigen kinderen worden milder en leren begrip opbrengen voor mensen die het moeilijker hebben. Reeds zeven jaar hebben wij onze huidige pleegopdracht met twee pleegkinderen. Daarvoor hadden we voor een jaar twee broers onder onze vleugels. Er waren ook nog twee kortere pleegopdrachten van telkens vier maanden.
Aan welke voorwaarden moet je voldoen?
In principe kan iedereen die minimum achttien jaar is pleegouder worden. Alle meerderjarige leden van het kandidaat-pleeggezin moeten een uittreksel uit het strafregister kunnen voorleggen waaruit blijkt dat ze niet strafrechterlijk veroordeeld zijn voor feiten die onverzoenbaar zijn met pleegzorg. Er wordt gekeken naar jouw persoonlijkheid, competentie, materiële mogelijkheden, gezinssituatie en sociale context om een kind een stabiel leefklimaat, structuur en veiligheid te bieden. Je moet in Vlaanderen wonen en voldoende woonruimte hebben.
Pleegzorg is altijd tijdelijk. Bij ondersteunende pleegzorg gaat het om één korte periode of afwisselend meerdere korte periodes. Crisispleegzorg omvat een heel snelle opvang wegens acute crisis. Perspectiefzoekende pleegzorg betekent een kortstondig verblijf, meestal voor enkele maanden. Perspectiefbiedende pleegzorg veronderstelt een stabiel klimaat door een langdurig verblijf. In netwerkpleegzorg vindt een kind een pleeggezin bij bekenden. Je kan als pleeggezin aangeven waar je voorkeur naar uitgaat.
Welke procedure dien je te volgen?
De procedure verloopt volgens een stappenplan. 1.Het infopakket aanvragen. 2.Een infosessie bijwonen. 3.Drie à vier maanden het voorbereidingstraject volgen in meerdere bijeenkomsten met andere kandidaten. 4.Als gezin en als pleegzorgdienst inschatten of je een pleegkind kan opvangen. 5.Wachten op de komst van een pleegkind. Na enkele kennismakingsmomenten met het pleegkind en de ouders wordt de eigenlijke verhuis stilaan voorbereid. Als pleegouders hebben wij een vaste begeleider van pleegzorgdienst. Die volgt ons en onze pleegkinderen op en komt regelmatig op bezoek om in gesprek te gaan. Als pleegouders krijgen we een financiële pleegzorgvergoeding.
Hoe komt een kind in de pleegzorg terecht?
Door omstandigheden kan het kind niet meer thuis wonen. Als de problemen van tijdelijke aard zijn, kan een kind of jongere vrij snel weer naar huis. Ouders kunnen kampen met hardnekkige problemen waardoor hun kind langdurig in een pleeggezin verblijft, soms tot ze volwassen zijn. Er zijn ouders die zelf hulp vragen bij de zorg om hun kinderen. Bij andere ouders duurt het wat langer eer zij inzien dat pleegzorg de beste oplossing is. Wanneer de veiligheid en ontwikkeling van een kind of jongere in gevaar is en vrijwillige hulpverlening ontoereikend is, legt de jeugdrechter de opvang in een pleeggezin op. Kinderen met een handicap vragen bijzondere aandacht en zorg. Als dat te zwaar wordt voor de ouders kan ondersteuning van een pleeggezin noodzakelijk zijn om het vol te houden. Of ouders hebben de vaardigheden niet om hun kind met een handicap de opvoeding te geven die het nodig heeft.
Welke rol spelen de biologische ouders?
Bij pleegzorg blijven de ouders verbonden met hun kinderen. In onze situatie is er enkel een biologische mama, die door haar kinderen heel graag gezien wordt. Dit is goed voor beide ‘partijen’! Bij belangrijke beslissingen is er overleg met ons en de mama. Ook voor de pleegkinderen is het belangrijk om weten dat de neuzen in dezelfde richting staan. Pleegkinderen vinden het positief dat mama en pleegouders overeenkomen en al eens samen overleggen. Verder ligt de dagelijkse opvoeding in onze handen. We kennen de achtergrond van onze pleegkinderen. Hun ‘rugzakje’ helpen dragen is mede onze taak.
Wat gebeurt er als een pleegkind vertrekt?
We kiezen steeds voor een perspectiefbiedende pleegzorg, met een lang verblijf dus. Omdat wij op deze manier een band kunnen opbouwen en meer kunnen betekenen. Je moet dan ook niet snel weer afscheid nemen van elkaar. De plaatsing van een pleegkind wordt vroegtijdig afgebroken als blijkt dat de problemen binnen het gezin onoverkomelijk zijn. Er wordt uitgekeken naar andere oplossingen en de pleegopdracht stopt hier. De jeugdrechter plaatste onze huidige pleegkinderen al zeker tot hun achttiende in ons gezin. De dag van de achttiende verjaardag stopt de officiële opvang in een pleeggezin. Voor de jongeren tussen 18 en 25 jaar werd een specifieke regeling uitgewerkt onder de noemer ‘voortgezette hulp’. Pleegkind en pleeggezin kunnen hiervoor, in samenspraak, een aanvraag indienen. Zo komt er geen abrupt einde aan bijstand en hulp.
Hebben jullie nog tijd voor elkaar?
Ja hoor! Ik werk nu deeltijds. Enkel onze jongste zoon woont nog thuis, samen met onze pleegkinderen. Met vijf is het hier vrij rustig. Bij onze eerste pleegzorg woonden al onze kinderen nog thuis. Frank en ik werkten fulltime en we verdeelden de huishoudtaken onder elkaar zonder extra hulp. We zaten elke dag met tien aan tafel, wat best gezellig was. Maar het was een hectisch jaar waarin de twee pleegjongens heel veel ondersteuning nodig hadden, meer dan onze zes kinderen samen! Na deze pleegzorgopdracht hebben we de boot wat afgehouden. Frank en ikzelf waren op, het was duidelijk te veel. Maar de goesting en het idealisme zijn altijd gebleven. In de zomer van 2014 ging ons derde kind het huis uit en net dan kwamen onze huidige pleegkinderen op ons pad. We zijn weer op de kar gesprongen om deze twee opnieuw een thuis te geven. Ondertussen hebben we ook vijf kleinkinderen. Als we op gezinsmidweek trekken, zijn we met twintig. Zalige dagen!
Agnes De Mulder
Werd gepubliceerd in Editie: 2172 – Kerk en Leven Lebbeke en Editie: 2045 – Kerk en Leven Buggenhout. Week: 18 (nummer van woensdag 05 mei 2021)